DRUKREGELAAR

In de gasfles zit gas, onder hoge druk zelfs. Dat er niet in één keer uit moet komen, maar juist in total control. Dat doet de drukregelaar.

De drukregelaar (ook wel ‘reduceer’) brengt de hoge gasdruk terug tot werkbare proporties. Zijn tweede taak is niet minder belangrijk: de gastoevoer afsluiten zodra we klaar zijn. Een goede drukregelaar aan boord is roestvast of gecoat. Vervang hem iedere tien jaar, ook al vanwege de rubberen membraan die erin zit. Langer wachten betekent onzekerheid rondom de staat van deze flexibele balg. Verder is een goede drukregelaar aan boord voorzien van een afblaasveiligheid (plus ventilatie vanuit de gasbun). Bezwijkt het membraan, dan laat de drukregelaar een gasdruk door die de toestellen nog aankunnen. De rest verdwijnt via de afblaasveiligheid (schiet eruit boven 150 mbar). Gebruik dit type drukregelaar niet thuis bij de gasbarbecue. Vuurwerk in de achtertuin is niet ondenkbaar.

  1. Stel: de gastoestellen en afsluiters staan dicht en je draait de gaskraan op de fles open. Via de regelaar stroomt dan gas de installatie in.
  2. Omdat de toestellen/afsluiters dicht staan, stijgt de druk in de ondermembraankamer. De flexibele membraan wordt omhooggeduwd, tegen de veerdruk in. De scharnierende hefboom beweegt mee en de hieraan bevestigde gasklep sluit de toevoer.
  3. Zet nu afsluiters en een toestelkraan open, dan daalt de druk in de ondermembraankamer. De veerdruk duwt de membraan en meenemer naar beneden en de gasklep zal iets openen. Nieuwe gastoevoer is het gevolg. Bij een constante gasafname ontstaat een evenwichtssituatie waarbij de klep zover openstaat als nodig voor de gasverbruiker(s). De bij deze evenwichtssituatie ontstane constante druk noemen we de werkdruk. Dit is de druk waarover regelmatig wordt gesproken: 30 mbar of 50 mbar, afhankelijk van de gasverbruikers.
  4. Ben je bijvoorbeeld klaar met koken, dan sluit je de toestelkraan. De stand van de gasklep stelt zich in op de nieuwe situatie en eventuele andere gasverbruikers. Gaan alle toestellen dicht, dan staat de gasfles nog steeds open. De druk in de ondermembraankamer beweegt omhoog en stijgt weer, de membraan beweegt omhoog en de gasklep sluit de toevoer. Bij lekkage ergens in de gasinstallatie stopt het gasverbruik niet volledig. Dus na afloop van het koken, verwarmen enzovoort: gasfles uit voorzorg dicht!

Bron: Waterkampioen 4 november 2015
Auteur: Jim Post